Vlinderbloemigen in bouwplan. Gratis stikstof uit de lucht.
Dat vlinderbloemigen veel voordelen hebben in de vruchtwisseling is bekend. Ze binden stikstof uit de lucht, werken positief op de bodembiologie en in mengteelten met gras of graan zorgen ze voor een hogere eiwitproductie. Het zoeken naar de juiste combinaties en afstemmen van het afrijpingsmoment in de mengsels is wel van groot belang.
Het bijzondere aan mengteelten is dat het begeleidend gewas stikstof uit de bodem opneemt, hierdoor kan gespaard worden op de stikstofgift. De vlinderbloemigen worden juist extra getriggerd om stikstof uit de lucht te binden, ze streven ernaar om de onttrekking te compenseren. Door ze in mengteelten in te zetten worden de vlinderbloemigen dus aangespoord tot stikstoffixatie. Het worden zodoende natuurlijke stikstoffabriekjes.
Kunstmestprijzen rijzen de pan uit.
Nu steeds minder bemest mag worden en kunstmestprijzen de pan uit rijzen worden vlinderbloemigen extra interessant in de bouwplannen. Ze ondersteunen richting de kringlooplandbouw die de sector versneld word opgelegd.
Ook voor de biodiversiteit bied dit voordelen. Vlinderbloemigen trekken bestuivers aan en zorgen voor een betere bodembedekking, onkruiden krijgen minder kans. Granen in mengsels kunnen dunner gezaaid worden omdat deze de open plaatsen makkelijker invullen. Ook de vaak vastgelegde fosfaat komt door peulvruchten makkelijker beschikbaar.
In een mengteelt vervangen de actieve rhizobium-bacteriën dus veelal de stikstofbemesting, de granen liften hier op mee.
GPS of korrel
Bij mengteelten zijn goede mogelijkheden om deze als gehele plant silage te oogsten. Indien er rijpe korrel geoogst gaat worden is het van belang dat de vlinderbloemigen qua oogsttijdstip goed zijn afgestemd op de begeleidende gewassen, keuze voor het juiste mengsels met passend rassen is zeker van belang.
Vele combinaties mogelijk
Zowel in de winter als in de zomerteelten zijn vele combinaties mogelijk. Bij wintergranen zijn rogge en triticale mengsels uitermate geschikt om als GPS te oogsten. Voor droge korrel kan er gedacht worden aan granen met erwten of winterveldbonen. In de zomerteelten zijn mengsels van tarwe, gerst, haver en triticale met veldbonen, erwten en wikke mogelijk.
Mais mengteelten en onderzaai en monoteelten.
In de zomerteelten word momenteel veel gekeken naar mais – bonen mengsels. Vlinderbloemigen zijn nog niet zijn opgenomen als vanggewas. Dit terwijl ze juist ook als onderzaai en als vanggewas prima kunnen dienen. Mengen met toegestane gewassen naar verhouding is wel mogelijk.
Mono teelten van vlinderbloemigen kunnen ook worden geïntegreerd in het bouwplan. Luzerne, klaver, wikke en veldbonen zijn monoculturen welke goed geschikt zijn om voer van te maken.